Wie het verhaal van Reynaert de vos kent, heeft zich wellicht ooit afgevraagd wat de diverse dieren die ten tonele worden gevoerd, nu echt bewogen heeft zich tegen de vos te keren. Natuurlijk, zijn daden zijn tot in het gruwelijke toe en hij wordt terecht veroordeeld tot de strop, maar wat speelde er nu allemaal? Het oorspronkelijke verhaal laat dat in het midden. Alle karakters blijven als het ware beperkt tot hun grief en dus tot het slachtoffer dat zij geworden zijn: flat characters.
Yvan De Maesschalck heeft het daar niet bij gelaten. In zijn jongste bundel, Vossenkwaad, verplaatst hij zich in het brein, de afwegingen en de emoties van 25 personages en bereidt ons op die manier een vers maaltje lief en leed. Hij speelt de dieren tegen hun eigenbeeld uit en geeft daarmee een extra dimensie aan het verhaal van ‘Willem die Madocke maecte’. Zo laat hij Hersinde de wolvin verzuchten:
“[…] hij lacht onstilbaar, blafferig,
draait me naar zich toe; onze monden
Klikken in elkaar, er gaat geen tijd
verloren, hij is onwrikbaar en heeft
zijn hete liefde voor me klaar, ik lok
hem naar de verste kamer en geef me
hitsig aan hem over.”
Dat laat een ietwat ander licht schijnen op de aanklacht van Isegrim dat de vos zijn vrouw bruut verkrachtte. De koningin krijgt van Yvan het imago van een ijdeltuit dat wonderwel past bij de beleving van koning Nobel zelf:
“[…] mijn gade zet een
kroon op haar geblankette hoofd en wrijft
de plooien glad van al het af, brokaat en
damast dat om haar lenden zweeft.”
Yvan De Maesschalck is heer en meester van het tafereel en bevestigt dat keer op keer met rake typeringen en tot de verbeelding sprekende overwegingen. Het hele toneel van platte karakters lijkt zo op te leven tot een dynamisch toneelstuk van individuen die om elkaar heen dansen, elkaar niet raken maar de suggestie overeind houden van een menselijk bestaan. Hij heeft zich nauwgezet ingeleefd in de verschillende rollen en onderlinge verhoudingen en daarmee alle personages voorzien van een diepgang die in het oorspronkelijke verhaal ontbreekt.
De Maesschalck is voorzitter van het Reynaertgenootschap en ook schrijver van een boek over Reynaertpersonages en hun fictionele aanverwanten, dat in 2016 verscheen. Daarmee moet hij ongetwijfeld de inspiratie hebben gevoed die nu tot verdieping van het verhaal heeft geleid. In het envoi trommelt Yvan De Maesschalck ook nog Madoc (of Willem?) op met een bijzondere overweging:
“bijna zou ik zeggen: ik ben eeuwen en eeuwen
te vroeg geboren. mijn naam is in de nevel
van de tijd verzwolgen, al lijk ik als een dwaal-
licht weleens op te duiken. wie me nooit gespot
heeft, kent me allang niet meer: een etherisch
wicht waarvan de vacht zo wit is en zo teer
dat ze doorschijnend lijkt.”
Dan lijkt het alsof Madoc het vertellende personage is dat door de dichter tot leven is gebracht, maar het is toch echt Yvan De Maesschalck die alle honneurs verdient.
Vossenkwaad, Yvan De Maesschalck, Reynaertgenootschap, Sint-Niklaas, 2023, ISBN 9789464520767
(Wim van Til)