Nieuwe rituelen van Maarten Inghels

Deze nieuwe dichtbundel analyseert onze dagdagelijkse oefeningen,: elke beweging, elke bedenking en elke observatie is voor Inghels een bron van inspiratie. De bundel begint met een reeks motto’s van bekende en belangrijke auteurs. De reeks gedichten die de auteur ons serveert, smeert hij uit over: De openbare mens, Hymnen, De kunst van het verdwijnen, De grote slaap en Icarus. In het woordgebruik wil hij niet moeilijk doen en in een parlandostijl laat hij de denkende mens aan het woord. Wat hij voelt, wat hij ziet, wat hij zoekt en wat hem doet nadenken krijg je als lezer te weten. Inghels generaliseert en komt tot een modern tijdsbeeld van hoe hij zijn leefwereld ziet en ervaart. De impressies die hij opdoet, en de caleidoscoop aan beelden vloeien doorheen zijn gedichten die een reis vol verrassingen oproepen. Nostalgische terugspoelmomenten. Daarbij komen ook de gewoonten, de vaste gedragingen, de ingebedde automatismen hun intrede doen. De dichter wordt analyticus, voyeur en chroniqueur van wat rondom neer te pennen is. Hij is cynisch. Hij gebruikt satire. Hij verrast. Zijn prozaïsche stijl is meeslepend. Tof. Achter een schijnbaar simpel woordenspel liggen dubbele bodems en het is aan de lezer om die te ontdekken en te appreciëren.

Volkstelling op 7 januari 2015 om 11.29 uur

Ik tel een jood op een brommertje;
een arme jood;
een jood onder de Eiffeltoren in Parijs die zegt: hèhè, hier zou-
    den ze eens een film moeten opnemen, zo romantisch;
eunuch onder de joden;
een jood die de draad kwijt is maar daar niet om maalt;
een jood die de sterren bestudeert met het oog op een toekomst
     in een kolonie op Mars;
een opgezette jood;
een jood die zijn voorste tand breekt tegen het metalen kraantje
    waar hij uit drinkt;
een vegetariër, ook jood;
een jood die voordringt in de rij bij de buurtsupermarkt;
een  jodin die verlangend terugdenkt aan 1939 toen zij Miss
    Amandel in haar geboortedorp werd;
een jood die een diamant is kwijtgeraakt ter waarde van
    18.000 dollar;
een jood die zich voordoet als een moslim.

De gedichten worden monologen waarbij de lezer traagjes in trance geraakt, de dichter laat geen rustpunten toe maar trekt je mee van observatie naar observatie, van tumult  naar tumult. Bij hem is de beweging belangrijk, de lezer wordt geen rustpunt gegund, de energie van de opwinding zal hij voelen en in deze roetsjbaan de rit uitzitten. Maarten Inghels is vooral de eerlijke dichter; de schrijver die zich nergens achter verschuilt en dat ook niet hoeft te doen. Hij staat er. Ook in de 12 ingetogen intimistische gedichten onder meer in de cyclus Hymnen controleert hij ingetogen en strikt. Zijn gedichten onderscheiden zich door hun kracht en cadans. Hij ziet de broze, breekbare en onzekere mens en dat bewijst de fijngevoeligheid van een auteur die zelf een weg zoekt naar levensvatbaarheid. Moge deze Antwerpse stadsdichter nog grotere voetstappen zetten dan zijn voorgangers, dat zou mooi zijn.

Nieuwe rituelen, Maarten Inghels, De Bezige Bij, 2015, ISBN 978 90 234 9724 0

(Frank Decerf)