Fluiten tegen de hokjesmentaliteit

Kees Ruys schreef een biografie over de Indische dirigentenzoon, die begon als pianist in zijn eigen dixielandorkest, The Shoe Shine Stompers. Na jaren optreden in jazzclubs, toeren met een schlagerband door Duitsland en tal van bijbaantjes, kiest hij op zijn vierentwintigste voor de dwarsfluit. De kameleon die steeds weer nieuwe muzikale uitdagingen zou kiezen is geboren.
De LP’s Vivat Vivaldi, Telemann My Way en Sketches and Variations on Bach, met jazzy bewerkingen van barokmuziek, zorgden voor erkenning bij het grote publiek, leverden hem gouden platen en meerdere Edsions op, reden genoeg voor de jazz freaks om zijn geloofwaardigheid in vraag te stellen, al bleef hij live vooral jazz en fusion spelen. Voor de progressieve free jazz adepts was hij dan weer te melodisch…
Als lid van de Boy Edgar’s Big Band trad hij o.a. op met Nina Simone, de al evenmin in één muzikaal genre onder te brengen (klassiek geschoolde) pianiste en zangeres. Onbegrijpelijk trouwens dat haar tv-, radio- en concertopnames met Boy Edgar nog  niet op cd en dvd zijn uitgebracht.
Voor zijn fusion band The Chris Hinze Combination nodigde hij in de jaren zeventig Amerikaanse artiesten als The Brecker Brothers en Larry Coryell uit. Op zoek naar nieuwe horizonten bleef hij experimenteren. In de jaren tachtig introduceerde de groep etnische invloeden uit verschillende culturen. Op zijn tweeënvijftigste reist hij een anderhalf jaar door China, Hong Kong, India, Indonesië Japan, Mongolië, Nepal, Pakistan, Rusland, Sri Lanka, Thailand en Tibet. Hij maakt er veldopnames die hij later in zijn muziek zal verwerken. Met African Dreams, Africa Impressions en de prachtige driedelige serie Tibet Impressions, waar zelfs goed volk als de Dalai Lama zijn medewerking aan verleende, was Hinze een pionier: hij zette world music en new age op de kaart lang voor deze termen waren ingeburgerd. Hij richtte een eigen label op, Keystone Music, waarop hij eigen werk en door hem geproducete platen uitbracht. En alsof muziek alleen nog niet voldoende is, toert hij heden ten dage met visuele concertprojecten.
Net zoals Chris Hinze met een onvermoeibare vaart doorheen het leven, de wereld en muzikale genres raast, leest deze biografie als een trein. Kees Ruys heeft uitstekend werk geleverd met deze aaneenschakeling van anekdotes, getuigenissen van personen die Hinze van nabij meemaakten en diepgaande gesprekken met Hinze zelf, die zichzelf niet ontziet (zijn controledrift, niet onderhouden contacten).  Het lijvige boek (608 blz.), rijkelijk voorzien van fotomateriaal, bevat een CD, Kill Your Darlings, een door Hinze zelf samengestelde keuze uit zijn indrukwekkend oeuvre.

Als ik in mijn leven één ding heb gedaan, is het muziek maken zoals ik dat heb willen doen, met mensen die ik goed en prettig vond. Hoe die muziek genoemd wordt interesseert me niet. Jazz, fusion, barok, wereldmuziek… give it a name. Het gaat er uiteindelijk om hoe het klinkt, en hoe intens het is, wat het teweegbrengt bij de mensen die het horen.

Chris Hinze, Een biografie, boek + cd, geïllustreerd, Kees Ruys, In De Knipscheer, Haarlem, 2015, ISBN 978-90-6265-888-6

(Roger Nupie)