SLAGWERK is een krachtige bundel, die zindert van
verontwaardiging. Mark Meekers haalt fel uit naar de aanmodderende politiek: een regering van opblaaskrokodillen en/
geslagen honden waakt over ons welzijn. /… ze houden elkaar de handen boven
het/ hoofd als het boven regent en onder lekt,/ volksverlakkers naaien ons oren
aan. Ook de volgzaamheid van de bevolking haalt Meekers door de mangel: de lakeenden slikken./ de gemondmaskerde/
meerderheid zwijgt, volgt de goede herders./ wij zijn een nederig gehoorzaam
volkje/ maar wel olympisch kampioen in sterften.
Deze kleine coronasuite bevat naast
woede-uitbarstingen ook verzen boordevol mededogen voor de grootste
slachtoffers van de pandemie - ouderen in WZC, bedelaars, illegalen, kinderen
die hun opa’s, oma’s en hun vriendjes niet meer mogen zien, want scholen
sluiten. woede bijt zich in mij vast als
een teek./ mijn moeder mooi geverfd door het leven,/ nog lang niet afgebladderd
maar vergeten/ in de dode hoek van de laatste kamer. En: bedelaars, illegalen en bejaarden uit het/
straatbeeld,/ achter steeds hogere muren,/ die elke dag meer discrimineren. In
de zink-/ put van een rusthuis, zonder schild of vriend. Het laatste
gedicht voorspelt weinig goeds: de
vrienden deemsteren weg achter hun/ brillenglazen, worstelen met de zuurstofslang/…. Ik koel niet af… ik zal enkel buikspek
aanmaken, adem/ scheppen uit de rivier van de herinnering.
Zal deze
pandemie ooit voorbijgaan? Mark Meekers’ doemscenario klinkt als harde
percussie, als slagwerk. Misschien, oppert hij niet zonder ironie, zullen
alleen de schimmels zijn verhaal nog kunnen navertellen…
Slagwerk – Kleine coronasuite, Mark Meekers, Uitgeverij ARTsenicum, Heverlee, 2020, ISBN Doelgroep volwassenen, NUR 306.
(Nicole Van Overstraeten)