Reconstructie

Gerda Berckmoes is geen onbekende in het Vlaamse literaire landschap. Na een periode van stilzwijgen publiceerde zij eind vorig jaar haar negende bundel. Reconstructie is sober uitgegeven, bevat eenendertig gedichten en een citaat van T.S. Eliot: We must be still and still moving/ into another intensity/ For a further union,/ a deeper communion/ Through the dark cold and the empty desolation,/ The wave cry, the wind cry, the vast waters/ In my end is my beginning.
Elk gedicht In Reconstructie begint met een hoofdletter; verder geen sporen van interpunctie. De verzen zijn helder en elegant. De dichteres rijgt bijna perfecte Nederlandse woordgroepen aan elkaar. Soms overtreedt ze die regel en staat bijvoorbeeld het gezegde of de bepaling op de volgende lijn. Tussen de verzen: werelden van verdichting!
Zacht mijmerend, bewust filosoferend over de vergankelijkheid van de dingen, reconstrueert Gerda Berckmoes een liefdesgeschiedenis die begint met een coup de foudre en eindigt met de dood van de partner. Voor een tweede keer reisde de dichteres met haar geliefde naar Spanje. Wat indertijd een extatische reis was van twee jonge mensen, blijkt plots de ingrediënten te bevatten van rampspoed. Hun verrukkelijke leven neemt een andere wending, eensklaps is daar de dreiging van ziekte en dood. De doos van Pandora is geopend; zodra de diagnose is gesteld, volgt een tijd van wanhoop, verwarring en angst. De knaagdieren van de angst/ de bitterheid/ van een genadeloos woekerende kwaal/ niet uitspreken/ geen bezwering / geen tovertaa / een smekend zwijgen/ de brekende blik/ hulpeloze handen/ het gaat voorbij/ nooit over.
Na de dood van haar geliefde volgt het verwerkingsproces, een periode die ook gepaard gaat met specifieke vragen en gevoelens. Op een bepaald moment twijfelt de dichteres zelfs of ze de juiste therapieën wel hebben gevolgd: Van de vele ziektes/ was er één die de medicijnvrouw/ misschien toch kon genezen/ je had iets met orakeltaal/ ik haatte die praktijken/ heb ik de weg versperd/ die twijfel houdt me bezig/ maar in één van die dromen/ zal jij vast antwoord geven.
Gerda Berckmoes wijdt in haar poëzie aandacht aan het nooit eindigende rouwritueel.  Het opruimen van de garderobe van de overledene geeft bijvoorbeeld aanleiding tot reflecties over vroegere twistpunten omtrent smaak en stijl. Omdat Gerda Berckmoes een dichteres is schrijft zij ook hierover mooie verzen: Een donkerblauw verwijt/ de winterjas niet echt je stijl/ discussie over prijs en tijd/... stropdas en sokken hulpeloos verspreid/ zo ijlings uit de tijd gelicht/ en er wacht niets tenzij/de toegang tot een gedicht.
Wat de dood doet met de personen die achterblijven, de vraag of er leven is na de dood, wat er gebeurt met de ziel... Is de dode niet echt dood maar nog steeds aanwezig, kan er een vorm van contact zijn, kan de dood een nieuw begin zijn... Al deze bedenkingen vinden een subtiele weerklank in de gedichten van Gerda Berckmoes. Want een dichteres vindt uiteindelijk rust in de taal, in het troostend verwoorden van verdriet.

Reconstructie, Gerda Berckmoes, Uitgeverij Het Punt, Dendermonde, 2015, ISBN 978946079170

(Nicole Van Overstraeten)