Eén mens is genoeg

Het grappigste etiket is wel ‘literair’ voor een roman. Alsof er romans bestaan die dat niet zijn of minstens niet de pretentie hebben. Iets vergelijkbaar is dezelfde stempel die op een misdaadroman wordt gedrukt. We blijven etiketten kleven, opbergdozen zoeken om alles in te stoppen. Zo niet lopen we verloren met het gevaar dat we iets aan de verkeerde kapstok hangen. Ook nu weer wordt Els Beertens nieuwe roman naar het pashokje ‘Jeugdliteratuur’ verbannen.
Eén mens is genoeg bestaat uit drie delen. In het eerste deel is Limburg zoals in ‘Allemaal willen we de hemel’ het decor. Louis, Juliette en Mia groeien op in een mijnwerkersgezin, de familie Engelen. Vader heeft ook een eigen balorkest Jules et Juliettes waarin zijn kinderen mee optreden. Het plotse overlijden van de vader schudt het gezin door elkaar. Louis ontvlucht het ouderlijk huis. Met veel liefde tracht Juliette met haar tirannieke, manzieke moeder samen te leven: Ons moeders stem kon klinken als twee warme armen om me heen. Hierbij raakt ze zichzelf kwijt waardoor Louis het heft in handen neemt – Niemand kon glimlachen zoals onze Louis, de hele wereld trok hij ermee recht – en samen met Juliette naar de Westhoek verhuist om er een nieuw leven te beginnen. Hier eindigt het eerste deel dat door Juliette wordt verteld.
Wilfried Verbeke, een caféhouder met een afgebroken wielercarrière  is de verteller in deel twee. Zijn herberg wordt op advies van Louis tot een café chantant omgedoopt en Juliette treedt er op. Wanneer hij haar hoort zingen wordt hij tot achter zijn oren op haar verliefd. Juliette is echter mensenschuw en ondanks al zijn pogingen en het advies van Louis verkrampt zij wanneer hij haar het hof wil maken. Hij blijft opbranden van de goesting. Een onverwacht afscheid zorgt voor een even plotse wending. In het derde deel komen Juliette en Wilfried afwisselend aan het woord en verschijnt Lili.
In Eén mens is genoeg leven de hoofdrolspelers in een maalstroom van omstandigheden waar zij geen vat op hebben. Het is een verhaal dat bij de keel grijpt met een plot dat heel doordacht en zorgvuldig werd ontwikkeld.
Toen zijt ge op uw fiets gesprongen en met een brede glimlach zijt ge de straat uit gereden; Ge zult verschieten;  ons vader;  ons moeder; schoonste kind;  zijn eigen kop;  mijn lijf, malheuren; kaken; goesting;  slimmeke:  De taal van Els Beerten is heerlijk Zuid-Nederlands. Na zoveel Noord-Nederlandse terreur is het een genot om mijn nostalgische ziel in de gij-vorm en de kleur van mijn dierbaar Vlaams idioom te kunnen baden.
Door het lezen van recensies raken leidingen verstopt die nieuwe ideeën aanvoeren: culturele cholesterol. Toen ik deze zin van Susan Sontag las, had ik me nochtans voorgenomen om geen boekbesprekingen meer te plegen. Niettemin kon ik me bij Eén mens is genoeg niet inhouden. Els Beerten is een rasvertelster, haar eenvoud bedrieglijk eenvoudig, een zeldzame stem en dus ‘raar’. Echt pure klasse.

Eén mens is genoeg, Els Beerten, Querido Kinderboek, Amsterdam, 2014, ISBN 9789045116754

(Frank De Vos)