Ergens moet een draadje liggen


Al ruim tien jaar timmert Odile Schmidt aan de literaire weg met verhalen en gedichten. Het wachten was op haar debuutbundel. Die is inmiddels verschenen en ligt alweer bijna een jaar in de winkels.

Het is een stevige bundel, strak georganiseerd (5 delen van 8 gedichten) en voorzien van een titel vol symboliek: Op falende furiën, mieren en ander leven. De combinatie van wraakgodinnen en harde dominante werkers tegenover een ‘ander leven’ is intrigerend en vraagt om opheldering.

Die wordt niet gegeven in de eerste serie van 8 gedichten: Onderhevig aan functies van x en y waarin verschillende meetkundige figuren onderworpen worden aan persoonlijke overwegingen, gebeurtenissen, omstandigheden.

Het lyrisch ik zit ‘gevangen’ in spiralen, kubussen en allerhande banden zonder dat het een uitweg vindt. Ondanks pogingen om de wetmatigheden van de beklemmende figuren te doorbreken, lukt het niet om een gerichte uitweg te vinden:

de ijkpunten waar ik ascetisch naartoe werkte weggekapt
de keukentafel onherstelbaar gebroken
wat rest is een puntenwolk
(bladzijde 22)

Het is de laatste strofe van deze eerste cyclus. En wellicht een waarschuwing: ook in wat volgt ontbreekt een patroon. Dus, lezer, ga aan het werk en breng je eigen structuur aan. De dichter helpt echter niet mee, in de tweede cyclus van 8 gedichten is het lyrisch ik naarstig op zoek naar woorden die bestendig zijn, maar ook dat lijkt een onbegaanbare weg:

Woorden palen, soms barricaden die ik omwerp, soms
knuffelbomen
palindromen en keer om, deze weg is een verboden richting
(bladzijde 31)

Odile Schmidt voert ons aan haar pen mee naar allerhande situaties die verlichting zouden moeten geven, maar die blijft uit. En toch lees je verder, want je moet. De gedichten duwen je als het ware een donker woud in dat je onzekerheid voedt en tegelijkertijd hongerig maakt. Wat speelt er allemaal om deze dichter, om dit lyrisch ik dat zich door al die woorden, al die beelden, al die gelezen werken een weg moet worstelen naar een onbekend landschap. Je zou er een therapeut bij moeten halen, hoewel:

Neem nog een duik in mijn onderbewuste
ik ben alleen gewapend met mijn logica
meanderthaler, zo werd ik wakker
taaldeconstructie, de psychiater keek ernstig
en glimlachte over mijn bundel gebogen
zijn ogen ook
een gebed om vergeving onderbroken met au-geroep
(bladzijde 42)

Ook dat is niet aanlokkelijk. Dan maar zelf weer op pad langs verschijningen, geboortes, verhuisdozen, pijnen en ongemakken. Ergens moet een draadje liggen dat je houvast biedt, ooit lees je woorden of tussen de woorden waarom deze bundel het lezen waard is; ontstaat het beeld van de dichter die als een drenkeling om zich heen slaat tot het water toegeeft en substantie wordt waaruit opstaan mogelijk wordt.

In de laatste afdeling, Wereld delen, lijken antwoorden te liggen. In het gedicht Waddenzee herken je de foto die het omslag van de bundel siert en daarnaast vind je een soortement thuisplaat:

Opeens heeft alles verband met Beverwijk (bladzijde 75)

Dus daar ligt het antwoord. Morgen ga ik naar Beverwijk! Ga je ook mee?


Op falende furiën, mieren en ander leven, Odile Schmidt, Uitgeefhuis De Manke God, Julianadorp Aan Zee, 2023

(Wim van Til)