Ervandoor te zijn

Het ‘voorspel’ van Hans Tentije’s vijftiende poëziebundel Gissingen, gebeurtenissen is een opsomming die in cursief gezet is. Een vloedgolf van korte waarnemingen, gewaarwordingen, diagnoses en aannames rolt op de lezer aan. Vervreemdend. Het is een prikkel om te onderzoeken wat aan die golf vooraf gaat. Uit welke impuls ontstaat zoiets? Het antwoord moet komen uit het niet-cursieve deel van de bundel.
Op zoek naar het bindende in deze verzameling gedichten noteer je al snel: reis, verlangen, verhaal. Een melange van deze drie openbaart zich in de projectie van een weinig bedaard gemoed op landschappen, gebouwen en kamers.

ik reed uren achtereen, hield ergens even pauze, keek toe / hoe op parkeerterreinen vrachtwagens met vreemde nummerborden / afgejakkerd en uitdruipend stonden bij te komen, soms / sleepten ze me dan mee, mijlenver mee, de overhuifde, in twijfelachtige staat / verkerende vooral, over beproefde sluiproutes / en achterafwegen – om spoorvorming en controleposten / te vermijden, ervandoor te zijn

Tentije (° Beverwijk, 1944) toont zich een meester in het hergebruik van op het oog normale waarnemingen. Weemoed en verlangen doen hem steeds weer aanknopingspunten vinden voor reizen door de herinnering en door de verbeelding. In de eerste vier ‘afdelingen’ vloeien fantasie en werkelijkheid als vanzelf ineen. De belevenissen en dwaaldromen overtuigen ‘gedragen door de zwevende vloeren van mijn verbeelding’.

Hoe wordt, op een Antwerpse hotelkamer, iets aan de muur metafoor voor een onbestemd gevoel van verlorenheid? Tentije laat het lezen. (…) twee ingelijste zwart-witfoto’s aan de wand, tot nevelige grijstinten uitvergrote / vooroorlogse taferelen, zotskappen en majorettes / door een carnavalsstoet omstuwd, het smartelijk geheven kruis / tijdens een stille processie - // afweziger kon ik haast niet geweest zijn, zoekgeraakt / tussen dans en dood, bij de ontbinding van een mistroostige optocht / op een open fabrieksterrein, in dromen // waar mijn hart zich angstig doorheen sloeg

Je voelt met de gejaagde hartenklop de innerlijke noodzaak voor de reisdwang van de dichter. Als het even kan, pakt hij een bus met een onzekere bestemming. Of hij monstert aan op een sjofele vrachtwagen die ongekende en onbekende routes volgt.

De vijfde afdeling, Gissingen, gebeurtenissen, bevat ‘verhalen’ die veel meer in de ruimte zweven. Ze lijken niet direct voort te komen uit een waarneming en krijgen daardoor een gekunsteldheid. Individuen in bijzondere omstandigheden, daar gaat het om. De dichter kruipt in hun gedachten/herinneringen. In Voor het vertrek bijvoorbeeld. Kort na de Anschluss van Oostenrijk met Duitsland staat een man op het punt om Wenen te ontvluchten. Hij overdenkt onder meer hoe door knokploegen gegrepen joden onder hoongelach gedwongen werden om de straat te schrobben met een tandenborstel. Typisch een element dat je inbrengt in het licht van wat er later met de joden gebeurde. Gemakkelijk even scoren.

De eerdere afdelingen zijn minder ‘bedacht’. Daar spreken de bezochte huizen, landschappen en kamers dichterlijk uitdagend.

wat had het te betekenen gehad, (…) wat hoopte zo zielsgraag ergens van te kunnen getuigen?

Gissingen, gebeurtenissen, Hans Tentije, Uitgeverij De Harmonie, Amsterdam, 2013, ISBN 978-90-76168-84-5

(Erick Kila)