Het ontbreken hoor je niet


De Nederlandse Chawwa Wijnberg publiceerde haar achtste dichtbundel Het ontbreken hoor je niet. Een schattig lichtblauw boekje met binnenwaartse flapjes. Op het voorplat een zelfontworpen erotische tekening in grijs venster van een naakte jonge vrouw die haar venusheuvel lijkt te bedekken. Met wild krullende haren zit ze ogenschijnlijk op een bed van gras. Maar neen: Chawwa tekende ‘woordgrassprietjes’, dicht op elkaar geschreven variaties van het woord woord!

Chawwa Wijnberg verzamelde 50 korte gedichten, keurig en verticaal op de bladspiegel geplaatst. In sommige gedichten verdeelt zij haar verzen in kleine stukjes (1 of 2 woorden), zodat de witruimte een maximaal effect heeft en rustpunten worden ingebouwd. Concreet wordt zo gestalte gegeven aan een aarzelende gedachtegang, gevolgd door instant-conclusies. Lezers kunnen zich hierbij de twijfelende en soms chaotische hersenimpulsen voorstellen, een denkproces waar wij allen aan onderhevig zijn. Maar door het vernuft van de dichteres wordt de kerngedachte op een glasheldere manier weergegeven: Ik heb geen/ lauweren/ om op te rusten/ maar gelukkig/ heb ik/ een doorsneebed… en: het is te warm/ voor/ helder denken/ veel te heet/ voor politiek/ … en dat gedoe/ verdomme/ over grenzen/ vogels vliegen/ er over/ alleen de mensen/ drenzen.

De dichteres schuwt geen actuele thema’s. Het klimaat, oorlog, migratie, vluchtelingen…. Chawwa Wijnberg schrijft met scherpe pen en zet het ontbreken van empathie en de onverschilligheid van de westerling te kijk: Je gaat toch niet voor de lol weg/ van de bakker om de hoek/ je gaat niet voor de pret/ met een rubberbootje/ op de zee waarin/ al zoveel doden/… wat zouden wij doen/ met zoveel bommen/op de flat/ wat zouden wij doen als/ je bange hongerige/ kinderen hebt… wij - we bouwen muren/ tegen wanhoop en geweld/ rollen prikkeldraad/ tegen tranen en ontspoord… wij willen dat die lieden/ thuis blijven - jammer dan/ als ze toch worden vermoord/ het is niet onze schuld/ blijf ver van ons vandaan/ jullie rotvolk/ wij hebben niets gedaan/ wij hebben niets gedaan.

De natuur behandelen wij stiefmoederlijk: ook onze wegen/ hebben constipatie/ dus kappen we bomen/ en vermoorden/ ons helend groen/ uitpuilende rijkdom/ wij hebben/ belangrijk veel te doen.
Ondanks deze maatschappelijke betrokkenheid is Chawwa Wijnberg ook een grappige en schalkse dichteres. Zij dicht pittig over een geliefkoosd onderwerp bij senioren - hun kwaaltjes en hun lichamelijk ongemak: Het spreekuur/ heeft constipatie/ en zeven kwalen/ wachten op hun beurt/ wie heeft de meeste pillen/ en wie de dikste voet/ mag ik nu naar buiten/ ik moet gillen, de formulieren/ eisen bloed.

Tenslotte: verfrissend en hoopgevend zijn de gedichten (in het midden van de bundel, tussen de geëngageerde gedichten in) over Zeeland, Middelburg (waarvan ze begin deze eeuw de eerste stadsdichter was), Vlissingen… de seizoenen, de mist en de regen, het strand en de zon, het gras, dat over de wanhoop heen groeit: groei maar gras/ groei over alle haat/ en wanhoop heengroei maar gras/ en laat de kinderen/ de wonderen vinden/ de mierenbergen/ en de wortels en hoe/ het vroeger was.

Het ontbreken hoor je niet, Chawwa Wijnberg, Uitgeverij In de Knipscheer, Haarlem, 2019, ISBN 9789062657629

(Nicole Van Overstraeten)