Gregory Frateur, boegbeeld van
Dez Mona, in een interview in Cult!
(12 maart 2014): Met enkel de grote
sérieux kan je niet tot de essentie van de emotie komen. Je moet het emotionele
niet opblazen en ook niet heilig maken, want dat komt niet aan. Daarvoor heb je
ironie nodig. Ironie haalt niks onderuit, op een subtiele manier kan het
ontzettend krachtig zijn. Ironie is een spilwoord in de poëzie van Andy
Fierens, maar is meer.
Fierens, dichter, cartoonist en
frontman van de groep Andy & the Androids debuteerde pas nadat hij
jarenlang zijn reputatie als performer pur sang hard had gemaakt. Toen hij
uiteindelijk dan toch van de door hem bestormde podia neerdaalde en het een en
ander in boekvorm goot, ging dat niet onopgemerkt voorbij: Grote Smerige Vlinder werd bekroond met de Herman de Coninck
Debuutprijs 2010. Deze poëzie is hard,
maar niet harteloos, lazen we toen in het juryrapport.
Wordt zijn werk intussen
gedoodverfd als hilarisch en genadeloos en hijzelf als een buitenbeentje in de
Vlaamse literaire wereld, dan heeft hij dat beeld zelf (mee)gecreëerd en… dat
klopt ook. Maar, zoals we eerder al vermelden: er is meer. Liet hij de lezer in
de bundel Grote Smerige Vlinder
achter met een ironische toekomstvisie Ja
er is licht: aan het einde van de tunnel één peertje van 40 watt, dan
bevestigt hij zijn potentieel in zijn tweede worp.
Voor Wonderbra's en pepperspray schreef Fierens samen met Michaël Brijs Astronaut van Oranje. Brijs is niet
alleen literair actief: hij speelt dwarsfluit bij het Andalusisch kwartet
Taqsim, bij het free jazz-trio Delicatessen en vereeuwigt Frank Sinatra bij de
The Valerie Solanas. Deze anarcho-sciencefictionhorrorsatire
is een hilarisch toekomstverhaal waar het plezier dat beide heren aan dit
project moeten beleefd hebben van afdruipt.
Wat vooral opvalt in Fierens’
poëzie, gekenmerkt door een vaak nauwelijks te stuiten woordenvloed, een barok
taalgebruik, flitsende oneliners in een universum waar vervreemding, twijfel en
pure bluf probleemloos hand in hand doorheen de rustige Vlaamse letteren waden,
is de kracht van de gelaagdheid van zijn taal, die in al haar schijnbare
onstuimigheid veel bedachtzamer is dan
men weleens zou vermoeden, hoe de vitaliteit er ook van afdruipt.
Al stelt Fierens zelf Je schrijft veel te lange gedichten die je
zelf niet begrijpt - laat hem nog maar meer toveren, al dan niet uit
wonderbra’s.
(…)
niks kan mij raken ik draag een kogelvrije huid
maar overal waar ik kom zitten spreeuwen op de elektriciteitskabels
als de partituur van een dodenmars
met de discipline van een topatleet oefen ik
om de vier seconden mijn laatste ademzucht
in welke schuif had ik mijn b-plan gestoken?
waarom verleg je altijd dingen?
ik ben alles kwijt
men trekt bouillon van mijn grimas
zit!
de voorstelling begint
Wonderbra's en pepperspray, Andy Fierens, De Bezige Bij, 2014, ISBN 978 90 234 8701 2; Astronaut van Oranje, een
Vlaams epos, Andy Fierens & Michaël Brijs, De Bezige Bij, Amsterdam,
2013, ISBN 978 90 234 7751 8
(Roger Nupie)