Langzaam voorovervallen


Alja Spaan (º 1957) is een bezige schrijfbij. Vanaf haar elfde schrijft ze dagelijks poëzie en/of proza. Haar huis in Alkmaar werd Atelier9en40. Tot 2013 organiseerde ze daar kunst- en poëzieprojecten. Onder die naam gaf ze anderen en zichzelf uit. Ze maakte naam door de Turing Gedichtenwedstrijd 2015. Daarnaast organiseert zij Reuring, een taalplatform in Alkmaar. Zij is voorzitter, coördinator en redacteur bij het literaire e-magazine Meander en ook verbonden aan het Dagboekarchief. Bij de Eenzame Uitvaart is zij bestuurslid en een van de dichters van dienst.

De titel van haar nieuwe gedichtenbundel Het langzaam voorovervallen duikt op in het gedicht afgesloten geheel. Een fragment:

Bloemen, zei hij de prachtigste bloemen, bloemen zoals je die
niet hier op aarde ziet. En dat hij zich niets kon

herinneren van het langzaam voorovervallen en wegraken maar
dat zijn buurman had gezegd dat het met

een bons ging en een gekraak. …..

…..

In coronatijd las Alja van januari 2019 tot januari 2021 wekelijks voor in een zorginstelling voor ouderen. De jongste luisteraar was 72, de oudste 101. De gedichten zijn in deze bundel opgenomen. Eerst verschenen ze op haar weblog. De titels van de gedichten kwamen altijd uit de log van de vorige dag en werden voor de volgende morgen alvast geplaatst alvorens de tekst geschreven werd.

Het citaat aan het begin van de gedichtenreeks is meer dan treffend en indringend verwoord voor wat er volgt:

Als ik naar haar
informeer, blijkt ze mevrouw D. te heten en nooit

deelgenomen te hebben aan welke activiteit dan ook. Behalve
die van het wachten, dromen en verlangen naar

de man die altijd, zo zei ze met een lach, dwaalde in haar tuin
maar toch echt geen verstand van bloemen had.


(uit: als in een rekensom)

De bundel is opgedragen aan mevrouw de B., mevrouw V., de heer S. en alle anderen van de voorleesgroep.

Door de personages in haar gedichten geen namen te geven maar ze met initialen te benoemen: mevrouw V., meneer D., mevrouw de B., de heer T., …. verkleint ze de afstand voor de lezer op een subtiele wijze. Iedereen kent wel een mevrouw V., een meneer D. en ga zo maar door.

Alle gedichten zijn op dezelfde manier opgebouwd. Na twee regels volgt telkens een witregel (waarin evenveel gebeurt als in de voorgaande regels). Zeven x twee regels en soms komt er na die reeks nog een woord achter: Sinterklaas,… natuurlijk,… Verrassend door hun toevalligheid.

Het is de grote kracht van Alja Spaan om in het kort bestek van een gedicht een (levens)verhaal te vertellen en daarbij de spanningsbogen, eigen in poëzie, te gebruiken. De ademhaling van de beschrevenen is vaak hortend en piepend. De witregels zorgen (letterlijk) ook voor adempauzes. Het langzaam voorovervallen is een traag proces dat zij met grote accuratesse niet beschrijft maar inschrijft. Het zijn juweeltjes uit blikken dozen waarin we onze levens bewaren.


Het langzaam voorovervallen, Alja Spaan, Uitgeverij P, Leuven, 2023, ISBN 978 94 64757 09 5

(Frans August Brocatus)