De weg terug


Richard Foqué (º1943) is gewoon hoogleraar emeritus, architect, ingenieur en, last but not least: dichter. Zijn debuut dateert van 1967 bij De Bladen voor de Poëzie. De weg terug is inmiddels zijn twaalfde bundel. Een symbolisch getal, ik denk aan de twaalf apostelen. Zijn gedichten werden gepubliceerd in diverse bloemlezingen en literaire tijdschriften. Er werden vertalingen in het Engels, Frans, Duits, Pools en Indonesisch gemaakt. Mark Bruynseraede schreef over Vermoeden van licht in Poëziekrant: “Foqué is een belangrijke hedendaagse dichter. Terwijl je leest vergeet je te ademen.”

De bundel opent met een citaat uit On the road (1957) van Jack Kerouac: “Where we going, man? I don’t know but we gotta go.” Hiermee begint de zoektocht door de huidige wereld en het zoeken naar uitwegen, antwoorden.

Getijden is het eerste gedicht. Daarna volgt de cyclus DE ORDE VAN HET GAAN Waterlijnen. In de lijn der verwachting ligt DE ORDE VAN HET KOMEN Landlijnen. De bundel wordt afgesloten met het tweede Getijden-gedicht.

De titels De tijd ongemeten, Eb I, Vloed I, Eb II, Doodtij, Vloed II, Eb III, Vloed III, De tijd gemeten, Val, Stilstand, Kering, Opstanding brengen je al in tijdloze, welhaast spirituele en sacrale sfeer. Door de tijd wel of niet te meten hou je de tijd vast. Maar niet op een krampachtige manier maar op bespiegelende wijze. De gedichten zijn vergelijkbaar met ingetogen gebeden, niet door een hogere macht ingegeven maar door een aardse dichter die vragen stelt, een architect die waterlijnen en landlijnen uitzet. Visueel hebben de gedichten iets van golven. Een gedicht:

De tijd gemeten

Zo verdwijnen zij
waar zij waren,
zullen zijn
voor het begin,
voor hun tijd werd gemeten,
in geheugens ingevroren,
wachtend om terug te keren.
Lopend.
Het leven getekend
door hun getijden.

Want dit zijn de namen
dat zijn de anderen
inwisselbaar en gelijken
zoals wit en zwart.
De doden zijn begraven.
De wanen geborgen
in water, dat komt en gaat,
dat beukt, spuwt en breekt
in verloren land.
Eindeloze regelmaat.

Ondanks de religieuze ondertoon is De weg terug een heel aardse bundel die zorgvuldig gecomponeerd is. Tussen waterlijnen en landlijnen, gedragen door eb en vloed, bewegend tussen vallen, stilstand, keren en opstaan, in uiterst sobere woorden, zonder afleidende opsmuk graaft de dichter in het land, zoekt hij troost en antwoorden in de bewegingen van het water.

De bundel is een belangrijke toevoeging aan het werk van Richard Foqué. Het is een diepere, intensere voortzetting van wat hij in eerdere bundels al aanraakte. Het is een oefening in acceptatie en nederigheid maar zonder het hoofd te buigen, eerder met een blik op de horizon, de trage schepen die daar voorbijschuiven naar ergens. Het ergens dat je met opgericht hoofd recht in de ogen kijkt, zonder angst.

Onder de titel Kering aanschouwt de dichter in zijn geliefde Italië:

Mist in de vallei.
Het meer ademt
benevelt de rivier.
De heuvels dampen
de laatste zomerhitte uit,
kronen hun toppen
met een monnikentonsuur.




De weg terug, Richard Foqué, Uitgeverij P, Leuven, 2023, ISBN 978-94-64757-21-7

(Frans August Brocatus)