Vier pogingen tot ordening. Dat was de ondertitel die Alain Delmotte eenentwintig jaar geleden al meegaf aan zijn bij het Poëziecentrum verschenen bundel Warhoofd. Een jaar eerder werd Delmotte voor het typoscript van die bundel premiewinnaar van de Prijs voor Letterkunde van de Provincie West-Vlaanderen. De dichter voert er Warhoofd voor het eerst in op in het tweeluik Erfgenaam: Lucky Jim, Warhoofd, / schlemiel en dichter. De naam is bij me blijven hangen. Ook omdat ik de bundel geregeld, en met genoegen, herlas. Delmotte vereeuwigde er wonderschone definities in als (Een foto is een handgeschreven brief van het licht waarin het ‘dank u’ zegt en ‘toch nog eens’ tegen de tijd.) waarmee ik het hartgrondig eens was en ben en waarbij ik me ook na al die jaren afvraag of ‘toch nog eens’ niet ‘tot nog eens’ moet zijn maar dat deed en doet niet ter zake.
In het onderhand meer dan twintig titels tellende oeuvre van Alain Delmotte ontwikkelde zijn Warhoofd zich tot een blijvertje. In 2017 zag Warhoofds gekkenwerk het licht, in 2019 Warhoofds leerdichten 1 – Dag in dag uit en in 2020 Warhoofds leerdichten 2 – Alsof licht niet van de zon komt. En nu is er zelfs Warhoofds leerdichten 3 – Dank dat we mogen verdwijnen. De bundel is opgedragen aan Delmottes overleden vriend Lucas Devriendt (What’s in a name?), van wie een huiveringwekkend pakkend schilderij op het omslag staat. Dat lijkt al meteen de toon te zetten want de pijn van het afscheid nemen, het verdriet van het missen en de geheimen van sterven, doodzijn, doodblijven en onsterfelijkheid zijn de onderwerpen die Delmotte en Warhoofd hier pogen te ordenen. En dat opnieuw in breed waaierende – al een poos een idiosyncrasie van Delmotte – verzen die transparant ogen maar het beschouwde binnen die ogenschijnlijke helderheid geraffineerd fragmenteren. Dikwijls lees ik bundels die ik na de laatste bladzijde omgeslagen te hebben zonder er warm of koud van te zijn geworden ‘uit’ heb.
De bundels van Alain Delmotte pak ik herhaaldelijk om nog eens na te lezen wat me er ook weer zo in trof. Ook Warhoofds leerdichten 3 staat boordevol gedachten en zinnen waarop je kunt blijven kauwen. Als: Het niets is goedkoop. Het is evenveel waard als hoop. // Niets heeft geen marktwaarde. Als: Sterven moet je de tijd gunnen. Bruskeren is ongepast en het helpt niet. Als (het Armando-achtige): Wie dood is heeft daar nooit genoeg van. Wordt gezegd. Als: Probeer niet te verrijzen. Dat loopt faliekant af. Je maakt er vijanden mee en al wie om je treurde stel je ermee diep teleur. Als: Je mag nooit afscheid nemen. Lieg een beetje en zeg ‘We zien elkaar later nog wel eens’. Ik heb van deze bundel, om het wat plechtstatig te zeggen, een ontroerende bekoring ondergaan. Na lectuur van Warhoofds wijsheden ga je niet neuriënd een nieuw behangetje tegen de wand plakken, maar mocht je dat wel doen dan zou Alain Delmotte daar begrip voor hebben. Een wijs man. Een gul dichter.
Warhoofds leerdichten 3 - Dank dat we mogen verdwijnen, Alain Delmotte, Gaia Chapbooks, Leeuwarden, 2022, ISBN 978-1-4710-4699-5
(Bert Bevers)