Regen

Een recensie schrijven vanuit het kurkdroge Spanje met als titel Regen heeft iets surrealistisch en toch boog ik mij in Santa Maria del Condado over het zwarte boekje dat mij werd toegestuurd. Buiten kreeg de hitte ondertussen alles en iedereen klein.
Michael Tedja verdeelt zijn boek in 4 cycli: 1ste weerslag, 2de weerslag, 3de weerslag en 4de weerslag. Duidelijk ? Het geheel is verrijkt met visuele poëzie, flarden handschrift en afbeeldingen  die functioneel bijdragen. Achteraan een lijvige reeks aantekeningen. In zijn gedichten tast de auteur de grenzen af en bouwt voorbij het niemandsland zijn nieuwe entiteiten op. Hij wil zijn lezer fascineren en houdt hem vast; hij dwingt en eist zijn attentie op. Tedja werkt aan zijn teksten, dat is duidelijk. Geen toevalligheden. Hij kent zijn metier. Zijn schijnbare chaos is nauwkeurig georkestreerd. Hij komt tot voor hem uitlopende redeneringen die de lezer zelf moet aanvullen. In twijfel, nadenken.
In de associaties die de dichter maakt, moet de lezer een inspanning leveren. Bij Michael Tedja geen gratuite versregeltjes.  Hij werkt graag met citaten uit diverse poëzie. Het experiment  en het aftasten verlaten bij hem de platgetreden paden. Zijn passages met experimentele poëzie scheppen nieuw leven. De titels hebben vaak weinig te maken met de inhoud van het gedicht; ze vormen een verlengstuk, een verbreding. De auteur speelt met de lezer zoals een kat met een muisje. Die knipoog moet je waarderen. Maar toch is er eveneens een ondertoon van rumoer, van onbehagen, van rebellie en frustratie. De maatschappij is hem nog wat verschuldigd, staat nog in het krijt. Zoals Michel Houllebecq het zegt: Leg je vinger op de wonde en druk goed hard.  Wel, Michael Tedja doet dat ook. Hij kanaliseert zijn energie in duurzame porties en blijft op die manier de atonale orkestleider.

Bron

Ieder moment had ik geen andere bril op.
Ik had er aan één waar ik bij weer
of geen weer doorheen keek, genoeg.

Ik zag een cirkel, een driehoek, een gieter
en een vlinder. Dat waren de wijzen,
in mijn ogen, die naar zichzelf verwezen.

De cirkel die de woorden wikte en woog.
De driehoek die de woorden plaatste.
De gieter die de woorden in het licht bekeek.
De vlinder die de woorden het kader bood.

Als eerbetoon had ik een dosis cynisme
uit de geschiedenissen gewreven. Ik zag
hoe grote, ongrijpbare gedachtes versmolten.

In Regen loopt er een duidelijke tweedeling zwart-blank. Dit schept een toon van onbehagen en niet-aanvaarding die krachtig worden afgetast. Het koloniaal verleden borrelt regelmatig op en stinkt. Racisme kankert. Onopgeloste formules worden ons deel en een constante negatie doorweekt deze publicatie. Tedja vraagt zich af of het concept waarheid wel bestaat. De bundel van Michael Tedja  brengt  ook filosofische oefeningen, waarna de lezer zelf tot een besluit moet komen.  Regen is een verfrissende  en terzelfdertijd krachtige bundel die goed uitgebalanceerd is. Ik kijk uit naar nieuw werk. Poëzie of proza, het maakt niet uit.

Regen, Michael Tedja, Uitgeverij IJzer, Amsterdam, 2015, ISBN 978-90-8684-128-8

(Frank Decerf )