Tine Hertmans debuteert in 2006 met De dagen zijn van spinrag. Een jaar na De geur van akkerwinde (2010) verschijnt Tuin van Eden, met intrigerende illustraties van Tony De Bruycker. De dichteres omschrijft deze bundel over seksueel misbruik als een document, een getuigenis en weet haar werkwijze trefzeker te analyseren: door de bewuste keuze voor een strak stramien krijgt het geheel een zeker monotoon ritme, alsof de droge snikken van een kind zelf erin verschuilen.
Het verhaal van het misbruik wordt in al zijn facetten verteld, bijna gepreveld, in 46 gedichten van tweeregelige strofen die rijmen zonder dat de lezer een gevoel van rijmdwang krijgt. Deze opzet mist zijn effect niet: je wordt als lezer meegezogen in dit leed - aangericht door een man, een serial killer, of ook: een man met vele facetten / levend naar eigen goeddunken, eigen wetten - waarin ook de moederfiguur niet vrijuit gaat: moeder, waarom kom je niet voordat ze sterft / van angst en pijn, terwijl je weet van dat verderf.
Met mijn rugzak vol verdriet / zal ik gaan tot daar waar je me niet meer ziet, schrijft ze in het gedicht levensloop. Dit verleden is niet uit te schakelen: ook al heeft de dood hem lang geleden zijn handelen ontnomen / als poltergeist leeft hij voort, nacht na nacht en in mijn dromen. Toch heeft Tine Hertmans de moed gehad dit in de mate van het mogelijke van zich af te schrijven. In het titelgedicht lezen we: mijn hof, tuin van eden / voer mij weg uit het grauwe verleden. En even verder, met een zeldzaam sprankeltje hoop: Op een dag ben ik vrij van zorgen / dan slaap ik vredig onder jouw voeten, morgen. Verplichte lectuur voor (poëzie)lezers met het hart op de juiste plaats.
Tine Hertmans is ook opgenomen in een bundel protestgedichten, Over alles wat niet deugt. Samensteller Hannie Rouweler nodigde dichters uit een tekst te schrijven met in het achterhoofd de uitspraak van Mark Meekers: Een kunstenaar die niet revolteert en protesteert is geen kunstenaar.
Achttien dichters schreven over o.a. asielbeleid (Mark Meekers, Tjarda Eskes), corruptie (Hilde Boulanger), discriminatie en kinderarbeid (Staf De Wilde), fascisme en uitbuiting (Frank Decerf), incest (Edith Oyen, Jenny Dejager, Julie Goderis), moord (Joris Iven) en kindermisbruik (Catharina Boer, Thierry Deleu, Hannie Rouweler, Suzanne Pyra). Poëzie als wapen tegen het onrecht en de waanzin die van alle tijden zijn. Uit Eenentwintigste eeuw van Christina Guirlande:
Twee Somalische tienermeisjes, / veertien en achttien jaar, / werden vandaag geëxecuteerd. / Men vond ze uiterst gevaarlijk: / spionnen voor het regeringsleger. / Het hele dorp werd verplicht / de terechtstelling bij te wonen. / De angstkreet van de twee kinderen / dreunt door het continent.
Om met Louis Paul Boon te spreken: twee bundels die de lezer - terecht - een geweten willen schoppen.
Tuin van Eden, Tine Hertmans, Demer Uitgeverij, Diepenbeek, 2011, ISBN 978-1-4466-7344-7; Over alles wat niet deugt, samenstelling: Hannie Rouweler, Demer Uitgeverij, 2011, Diepenbeek, ISBN 978-1-4466-0474-3
(Roger Nupie)